Marnix Wansink:
De mogelijkheid om een Stamrecht BV te gebruiken voor een stakingswinst
Net als bij een gouden handdruk, kent de fiscale wetgeving voor een stakingswinst (uit onderneming) wat mogelijkheden om de fiscale druk te beperken. Dit in de vorm van de lijfrenteaftrek voor stakingswinst.
Indien u voldoet aan de eisen en een bedrag fiscaal aantrekkelijk wenst te gebruiken, komt vanzelf de vraag op welke manier u dat gaat doen. U kunt het geld onderbrengen bij een verzekeraar (lijfrente), een bank (banksparen) of een (Stamrecht) BV. In principe komt dit alles overeen met de mogelijkheden rondom een gouden handdruk.
Mogelijke problemen
Veelal wordt door adviseurs de Stamrecht BV als mogelijkheid geopperd voor het onderbrengen van de stakingswinst. De voor- en nadelen ten opzichte van de bestaande aanbieders (banken en verzekeraars) worden dan behandeld op eenzelfde manier als dit zou gebeuren met een ontslagvergoeding.
Er is echter één groot verschil met de wetgeving op het gebeid van de gouden handdruk en dat is de regel dat een BV (dus ook een Stamrecht BV) een stakingswinst slechts kan beheren indien deze BV de oude onderneming voortzet. Puur een BV oprichten om gebruik te maken van de aftrek kan hier dus niet (bij een gouden handdruk wel).
Helaas is het in de wet niet geheel uitgewerkt wanneer er sprake is van voortzetting van een onderneming. Wel blijkt uit jurisprudentie dat het vrijwel altijd fout gaat wanneer de onderneming speciaal wordt omgezet in (of verkocht aan) een BV om maar gebruik te kunnen maken van de lijfrenteaftrek in eigen beheer. Dan stelt de inspecteur dat er geen daadwerkelijke voortzetting is beoogd en de onderneming dus ‘gewoon’ gestaakt is.
Waar de grens ligt is niet duidelijk te zeggen. De onderneming verkopen aan een BV (of ruisend inbrengen) welke erna nog 10 jaar doorgaat met ondernemen op het oude niveau, geeft geen problemen. Een onderneming omzetten in een BV en een half jaar later stoppen met de onderneming gaat echter wel verkeerd. Doorgaans wordt een grens van ongeveer drie jaar aangehouden door adviseurs.
